Expert interview met Johan Frijns

Gezondheid en vitaliteit
anbo-pcob-kno-arts-4800-3200
Hero background icon

Tekst: Jeroen Fidder

KNO-arts Johan Frijns over de taboes rond hoorzorg

Lang niet alle mensen die een hoortoestel nodig hebben, dragen er een. Veel mensen doen zich dus tekort. Wie slecht hoort, mist gesprekken en gezelligheid, is vaak eerder vermoeid en heeft een groter risico op dementie. “Weg met het taboe rond het hoortoestel”, vindt Johan Frijns.

Johan is KNO-arts bij het Centrum Audiologie en Hoorimplantaten Leiden (CAHIL) en het Expertisecentrum voor Zeldzame Oorziekten van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC). Hij is zowel arts als onderzoeker en volgt de technische ontwikkelingen op de voet.

Waarom wachten zoveel mensen zo lang met een hoortoestel?


"Doordat gehoorverlies geleidelijk gaat. Je merkt het zelf vaak niet, meestal wijzen anderen je erop. En dan dat stigma: mensen willen niet worden gezien met een hoortoestel. Zonde, want als je te laat een hoortoestel krijgt, is het lastiger om er nog aan te wennen. Dan worden toestellen ‘nachtkastbewoners’: ze blijven in het laatje liggen. Ons brein wordt trager met de jaren, dus je aanpassen aan een hoortoestel kost steeds meer moeite. Bovendien: hoe groter het gehoorverlies, hoe lastiger de aanpassing.”

Wat is de oorzaak van gehoorverlies op latere leeftijd?

“Dat is een combinatie van slijtage van het slakkenhuis en het trager functioneren van de hersenen. Vooral de hoge tonen gaan eruit. En die heb je juist nodig om in geroezemoes goed te horen. Erfelijkheid speelt vaak een rol, net als suikerziekte en hoge bloeddruk. Ook lawaaischade komt voor, maar meestal gaat het gehoor geleidelijk achteruit.”

Wat betekent dat in het dagelijks leven?

“Je vermijdt sociale situaties zoals verjaardagen. Je trekt je terug en doet minder mee aan gesprekken. Verder is er stevig bewijs dat gehoorverlies bijdraagt aan het sneller ontstaan van dementie. Want als je via het gehoor minder informatie binnenkrijgt, wordt het brein minder uitgedaagd.”

Wanneer is het tijd om naar de audicien te gaan?

"Nou van alle 80-jarigen heeft 80 procent een hoortoestel nodig. Dit betekent dat veel mensen al veel eerder een toestel nodig hebben. Twijfel je? Loop gewoon een audicienzaak binnen voor een audiogram: een grafiek die de resultaten van een hoortest laat zien. Dat kost niets."

Welk hoortoestel kun je het beste kiezen?

“Dat hangt af van de mate van je gehoorverlies en van wat je doet in het dagelijks leven. Bij de audicien vul je een vragenlijst in. Dan wordt duidelijk in welke categorie je valt. Het toestel dat daarbij hoort, wordt voor 75 procent vergoed. Laat je niet te snel verleiden tot het allernieuwste model, want dat valt vaak buiten de zorgverzekering en dan betaal je flink. Een hoortoestel is nooit meteen optimaal. Je mag het meestal twee tot drie maanden proberen en laten bijstellen, en je mag in die periode zelfs wisselen van toestel. Daarom is het belangrijk dat je je prettig voelt bij een audicien, zodat je geen drempel ervaart.”

Verandert de techniek van een hoortoestel nog altijd?

“Zeker! Kunstmatige intelligentie, oftewel artificial intelligence, kortweg AI genoemd, versnelt de ontwikkelingen. Sommige toestellen hebben een AI-chip die het geluid van een dominante spreker naar voren haalt en de andere geluiden dempt. Er zijn ook toestellen die signaleren of je in een café zit of naar muziek luistert en zich daarop aanpassen. Ook consumentenproducten komen op. De AirPods Pro zijn in de Verenigde Staten goedgekeurd als eenvoudig hoortoestel. Hopelijk verlagen ze de drempel om een hoortoestel te dragen.”

Die nieuwe technieken maken het dus makkelijker voor de gebruiker?

“Jawel, maar tegelijk hebben ouderen er soms ook moeite mee. Mijn moeder van 89 heeft toestellen die gekoppeld zijn aan haar iPhone en de televisie. Als ik haar bel terwijl ze tv kijkt, heeft het systeem tijd nodig om om te schakelen. Dan wordt moeder ongeduldig en zet ze de tv uit, waardoor de verbinding wegvalt. Ook daarom is het belangrijk dat een audicien de gebruiker goed begeleidt.”

Veel mensen willen graag een zo klein mogelijk en dus minder zichtbaar hoor- toestel. Is dat verstandig?

“Je levert kwaliteit in. Heel kleine toestellen die helemaal in de gehoorgang zitten, hebben minder versterking. Je krijgt sneller last van rondzingen en de gehoorgang raakt eerder geïrriteerd. Lage tonen hoor je harder, terwijl ouderen dat juist niet nodig hebben. Ik adviseer altijd een achter-het-oor-toestel, dat tegenwoordig ook nauwelijks zichtbaar is. En soms is het juist handig dat anderen je hoortoestel zien. Dan oef je niet steeds te zeggen dat je slechthorend bent.”

En wat als een hoortoestel echt niet meer helpt?

“Dan kan een geïmplanteerde gehoorprothese, een zogenoemde cochleaire implantatie, een oplossing zijn. Minstens een derde van alle mensen die we opereren, is ouder dan 80 jaar. Ik opereerde ooit een man van 93. Hij heeft nog tot zijn 100ste voor zijn vrouw kunnen zorgen.”

Gerelateerde artikelen