Zonder ouderen stort het vrijwilligerswerk in

Lees meer

Afdelingen ANBO-PCOB

Lees meer

'Zijn wij van nature goed?'

September 2024
anbo-pcob-zingeving-de-grote-vraag-3-portretten
Hero background icon

Tekst: Arjan Broers Foto: Mark Kohn

Het behoort tot de grote raadsels van ons mens-zijn: we kunnen zowel grootse als gruwelijke dingen doen (en alles daartussenin). Sinds mensenheugenis vragen we onszelf af: zijn wij van nature goed? Een psycholoog, een filosoof en een emeritus-predikant aan het woord.

Mark van Vugt, Evolutionar psycholoog

Mark van Vugt-AP-805

‘Vanuit mijn vak, de evolutionaire psychologie, moet je zeggen dat we van nature deels goed zijn en deels slecht. We hebben als mensen geleerd dat we kunnen leven en overleven in groepsverband, daar zit onze kracht. Niettemin is er in elke groep of stam ook altijd concurrentie om voedsel, seksuele partners, macht.

We hebben allerlei manieren gevonden om ons samenleven te regelen en agressie te onderdrukken, zoals loyaliteit aan de groep en empathie waardoor we met elkaar meevoelen. Maar elke groep creëert ook ‘een ander’, een concurrent, een tegenstander of vijand. Met roddel, xenofobie, racisme en geweld tot gevolg.

De onrust in Nederland, Europa en de wereld groeit en dat is fascinerend en ook gevaarlijk. Onze democratische samenleving staat of valt met de bereidheid om elkaar tegemoet te komen. En wie had er rekening mee gehouden dat de Russen bereid zijn om soms zelfs duizend soldaten per dag te offeren aan de oorlog?

Ik zie geen progressie in onze ontwikkeling als mens. Vrede is inderdaad niet vanzelfsprekend. We moeten ons ervoor blijven inspannen, want onze primitieve mechanismen zijn sterk. Voor je het weet zitten we weer in een bloedige stammenstrijd. Autoritaire politieke leiders spelen in op onze primitieve emoties. In de oertijd gingen we elkaar met knuppels of pijl en boog te lijf, nu hebben we wapens waarmee we veel grotere schade kunnen aanrichten, niet alleen aan ‘de ander’, maar ook aan onszelf.’

Désanne van Brederode, schrijver en filosoof

Désanne van Brederode-AP-243

‘We dragen van nature goed en kwaad in ons en we doen er goed aan om dat te erkennen. Ik ging als kind naar vrije scholen, waar ik werd gepest en geslagen. Men hanteerde er een mensbeeld waarin het goede in mensen werd gezien, maar juist daardoor konden de pesters met veel wegkomen. “Zo zijn kinderen niet.”

Mij werd uitgelegd dat de pestaanvoerder het thuis niet gemakkelijk had. Dat inzicht was niet leuk, maar ik heb er veel aan gehad – ik heb er zelfs mijn werk van kunnen maken. In mijn romans kruip ik ook in de huid van mensen die kwaad doen of door allerlei omstandigheden in iets kwaads terechtkomen.

Wat mensen niet willen zien, is dat kwaad doen lekker kan zijn, genotvol. Kijk naar het pestgedrag van sommige PVV’ers. Dat zij kwetsen, proberen de linkse mensen dan lief uit te leggen – maar dat is juist de bedoeling! Een boom kun je een schop geven, maar die doet geen huilie-huilie. Dan is de lol er snel vanaf.

Je kunt een goed mens willen zijn, maar dat kan geen doel op zich zijn. Goedheid wordt opgewekt omdat je aangesproken of geraakt wordt en gaat handelen. Goedheid is vooral iets relationeels, het ontstaat in contact met anderen. Daarmee is het ook risicovol, want het is aan de anderen om te bepalen of zij jouw gedrag als goed beleven. Door goed te zijn geef je in die zin macht uit handen.’

Jean Jacques Suurmond, Emeritus-Predikant en schrijver

Jean-Jacques Suurmondean-TEST-6591

‘De mens is geschapen naar het evenbeeld van God, dus zijn we in de kern goed. Maar we dwalen van die kern af door bijvoorbeeld hebzucht of angst. Zo belanden we ver van huis, ver van onze goddelijke kern.

Dat wij mensen “geneigd zijn tot alle kwaad”, zoals de Heidelbergse Catechismus zegt, betekent niet dat we kwaad zijn, maar dat we ernaar neigen. We zijn zondaars in de Bijbelse zin van het woord, dat het beeld oproept van een boogschutter die zijn doel mist. Wij gedragen ons vaak zo dat we het doel van ons leven missen; de goddelijke kern van goedheid, liefde en creativiteit.

Dit roept spanning in ons op, die zorgt voor het verlangen om een beter mens te worden. Goedheid is eindeloos, creatief, scheppend. Het kwade is benauwend en saai. Het herhaalt zich, zoals Poetin de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog heeft herschapen. Echt grote mensen worden gedreven door liefde.

Het kwade bestaat niet zelfstandig, het goede is groter. Vergelijk het met een auto met een deuk erin. De deuk kan niet zonder de auto, de auto wel zonder de deuk. Maar de deuk zorgt ervoor dat je je voorzichtiger gaat gedragen in het verkeer. Wat wij kwaad of slecht noemen, is wat mystici een “donkere gave” noemen, een leerschool.

Volgens mystici zou je het hele leven kunnen zien zoals de verloren zoon in de parabel van Jezus: we zijn op weg naar huis.’