Bij palliatieve sedatie krijgt iemand via een naaldje medicijnen toegediend. Door de medicijnen word je rustig en ben je minder of niet meer bij bewustzijn. De bedoeling is dat je geen last meer hebt van jouw klachten. Soms wordt je weer even wakker. Of je maakt wat geluid of beweegt. Dat is niet erg en hoort erbij.
De verpleegkundige en de arts zorgen ervoor dat alles goed blijft gaan. Zij kunnen ook zorgen voor extra medicijnen als dat nodig is. De verpleegkundige doet de verzorging.
Als de klachten weer toenemen dan wordt er extra medicijn verstrekt. Het is immers de bedoeling om te zorgen dat je de klachten niet voelt.
Tijdens palliatieve sedatie blijft het lichaam plas maken. Daar kun je last van krijgen. Daarom krijgt men een slangetje in je blaas. Dat heet een katheter. Het slangetje gaat naar een zakje, waar de plas in terecht komt.
Direct naar
Lidmaatschap
Ledenservice
Advieslijn
Magazine
