Bedrijfstakpensioenfonds voor de Landbouw (BPL)

Eindoordeel
Bij het uitoefenen van het hoorrecht hebben sociale partners van het BPL ruim aandacht gegeven aan de inbreng die ANBO-PCOB had op het concept transitieplan. Per saldo heeft ANBO-PCOB geoordeeld dat het concept transitieplan evenwichtiger kan worden ingericht. De koopkrachtontwikkeling van de pensioenuitkeringen moet beter worden en het fondsvermogen kan evenwichtiger worden verdeeld.

Proces
ANBO-PCOB heeft zich in juni 2023 bij sociale partners van BPL aangemeld voor de uitoefening van het hoorrecht. In maart 2024 is dit toegekend, hiervoor hoefde ANBO-PCOB niet een voldoende representativiteit aan te tonen. Vervolgens was in mei het concept transitieplan gereed, waarover ANBO-PCOB met sociale partners een gesprek heeft gevoerd. In juni heeft ANBO-PCOB haar oordeel over het plan aan sociale partners uitgebracht. Begin juli hebben de sociale partners schriftelijk aangegeven wat zij met het oordeel hebben gedaan.

Resultaat
Sociale partners hebben naar aanleiding van het oordeel van ANBO-PCOB in het concept transitieplan alleen enkele tekstuele aanpassingen aangebracht. Verder geen inhoudelijke wijzigingen in de regeling zelf. In het oordeel heeft ANBO-PCOB met name aandacht gevraagd voor een betere koopkracht van de pensioenuitkeringen en een evenwichtigere verdeling van het fondsvermogen.

Koopkracht
Volgens het transitieplan zullen de pensioenuitkeringen in het mediane scenario met een kans van ongeveer 90% de koopkracht kunnen bijhouden.

ANBO-PCOB vindt dat een acceptabele uitkomst, maar mogelijk kan dit met wat fijn slijpen nog iets worden opgeschroefd. Sociale partners hebben hierop geen actie meer ondernomen.

Evenwichtigere verdeling fondsvermogen
In het transitieplan wordt geen aandacht besteed aan de indexatieachterstanden uit het verleden. Vooral gepensioneerden ondervinden nadeel van deze gemiste indexatie. Dit kan bij de transitie naar de nieuwe regeling uit het fondsvermogen (deels) worden gerepareerd. Sociale partners hebben ervoor gekozen om dit niet te doen. ANBO-PCOB vindt dit een omissie en is van mening dat de inhaalindexatie moet worden opgenomen in de doelen van het transitieplan. Sociale partners hebben hierop aangegeven dat er in het plan wel recht wordt gedaan aan deze achterstanden. Bij de verdeling van het onverdeelde vermogen wordt een spreidingstermijn van 1 jaar gebruikt in plaats van de wettelijke termijn van 10 jaar. Daardoor wordt een relatief groter deel van het onverdeeld vermogen aan de gepensioneerden toegekend bij de transitie.

Het door ANBO-PCOB uitgebrachte oordeel over het transitieplan en de reactie hierop van sociale partners kunt u hieronder downloaden. Het transitieplan zelf kunt u op de website van het pensioenfonds vinden.