Zonder ouderen stort het vrijwilligerswerk in

Lees meer

Afdelingen ANBO-PCOB

Lees meer

ABP Bestuurslid Dominique Dijkhuis over risico bepaling bij beleggen

Pensioen en AOW
anbo-pcob-ABP-bestuurslid-dominique-dijkhuis
Hero background icon

Dominique Dijkhuis (50) is sinds 1 januari fulltime bestuurslid van ABP, het grootste pensioenfonds van Nederland. Zij is verantwoordelijk voor de beleggingen van het ambtenarenfonds en dan praten we over groot bier: de beleggingen van het fonds bedragen 505 miljard euro. Wat vindt zij van het nieuwe pensioenstelsel? “De transparantie zie ik als een groot voordeel.”

We spreken Dijkhuis aan het begin van de zomer. De nieuwe bestuurder is in een uitdagende tijd begonnen. Meteen na de coronacrisis brak de oorlog in Oekraïne uit, met enorme gevolgen. Het bleek een ‘gamechanger’. De invloed laat zich op ongeveer alle economische vlakken aftekenen. De toch al wat aangewakkerde inflatie steeg tot een slordige negen procent, een niveau dat sinds begin jaren tachtig niet meer was vertoond. De rente steeg. Waar de overheid vorig jaar nog geld bij kreeg als die voor tien jaar geld leende, moet het rijk inmiddels twee procent rente betalen. Overigens: in reële termen is de rente enorm gedaald, van circa min twee naar dik min 6 procent.

Dalende rente

Die stijgende rente had een desastreus effect op de aandelenmarkten. De zorg over een flinke recessie door de oorlog en de inflatie deed de rest. Dijkhuis: “We hebben de afgelopen twintig jaar gemiddeld 7 procent rendement per jaar gehaald. Vorig jaar, 2021, was dat zelfs 11 procent. De rendementen op de aandelenmarkten waren ook heel goed juist dóór die dalende rente. Omdat obligaties zo weinig opleverden, gingen geldstromen naar de aandelenmarkten om daar nog iets te verdienen. De indexen zijn sinds het uitbreken van de oorlog zo’n twintig procent gedaald. Je kunt zeggen dat die lage rente er in de waarderingen uit is verdwenen.”

Transparantie

De vertaling bij ABP: eind 2021 zat er een indrukwekkende 550 miljard euro in de pot, maar door de dalende beurzen is er 45 miljard euro vanaf gegaan. De verplichtingen, die worden berekend tegen de marktrente, daalden echter nog harder. Waar een pensioenfonds bij een rente van 0 procent 10.000 euro in kas moest houden om over tien jaar 10.000 euro uit te keren, is dat bij 2 procent 8200 euro. Waar deelnemers - en met name de gepensioneerden - er de afgelopen dertien jaar bij hoge rendementen geen euro bij kregen, kunnen de pensioenen nu ondanks stevige verliezen wel met 2,39 procent omhoog. “Door de gestegen rente is onze dekkingsgraad gestegen en kunnen we nu wel indexeren. Dat is positief voor onze deelnemers maar ook lastig te begrijpen.” Het is precies andersom dan logisch zou zijn, vindt Dijkhuis. “In de basis geldt: premie + rendement = pensioen. Dat is ook de basis van het nieuwe pensioenstelsel. De uitkeringen ademen mee met de economie. Tot hun pensionering zien deelnemers dat in hun persoonlijke pensioenpot. Dat moet het bewustzijn van de deelnemers bevorderen. In die zin wordt beleggen in het nieuwe systeem voor hen ook belangrijker: de beleggingen zijn voor de deelnemer beter zichtbaar. Die transparantie zie ik als een groot voordeel van het nieuwe pensioenstelsel".

Tegenwind

In het nieuwe stelsel worden de risico’s eveneens beter zichtbaar. Dijkhuis: “We beleggen nu in één grote pot. Straks ziet de werknemer wat wij aan zijn pensioenpot hebben toegevoegd qua rendement door het beleggen – maar ook zoals dit laatste jaar er is verloren door tegenwind.” Dat geldt overigens minder voor gepensioneerden. Was het eerst de bedoeling om ook met gepensioneerden in geldpotjes te communiceren, nu gaat men toch uit van uitkeringen.

Onderzoek

No guts no glory, kun je zeggen over beleggen. Je moet risico nemen om tot een goed pensioen te komen. Maar welk risico is acceptabel? “Het bepalen van het risico dat we willen nemen, is lastig en complex”, vertelt Dijkhuis. “Je moet dat risico afstemmen op de verschillende leeftijden. We doen bij ABP ook onderzoek naar wat onze deelnemers willen qua risicohouding. Jongeren kunnen in het algemeen een groter risico nemen, want zij hebben een lange tijdshorizon. Voor gepensioneerden wil je veel voorzichtiger zijn, want die wensen ook een stabiele uitkering, die het liefst meegroeit met de inflatie.”

Spreiding

Nu zit alles in één gezamenlijke pot. Die pot is opgebouwd aan de hand van vele verschillende typen beleggingen. Aandelen, private equity (investeringen in bedrijven buiten de beurs om), grondstoffen, infrastructuur als elektriciteitsnetwerken, woningen, kantoren en winkels zijn zogeheten zakelijke waarden. Dan heb je de vastrentende waarden, met name obligaties. Ook die zijn er te kust en te keur. Heel betrouwbare obligaties van landen als Nederland, Duitsland en Oostenrijk geven altijd hun geld terug, maar de vergoeding is klein. Maar er zijn ook obligaties van niet zo kredietwaardige landen of bedrijven met een hoog risico en daarom een hogere rente. En dan moet behalve over al die categorieën ook nog worden gespreid over markten, dat wil zeggen landen en continenten. Want spreiding zorgt in beginsel voor minder risico.

anbo-pcob-belegingen-abp-wereldwijd

Evenwicht

ABP moet met al die beleggingen zorgen voor een evenwicht tussen de ambitie om een goed pensioen bij elkaar te sparen en een stabiele uitkering te geven. ABP heeft dat evenwicht bepaald op zo’n zestig procent zakelijke waarden en veertig procent vastrentende waarden. Per pensioenfonds verschilt die verhouding. Bij een grijs fonds, met veel gepensioneerden, kan minder risico worden genomen dan bij een groen (in de zin van jong) fonds.

anbo-pcob-verdeling-beleggingen-abp-02

Ruim belonen

In het nieuwe systeem krijgt niet iedereen er evenveel bij als er rendement wordt gemaakt. Globaal: hoe meer risico, hoe meer rendement er wordt bijgeschreven. Jongeren krijgen dus meer rendement, maar krijgen ook meer verlies te verwerken als de beurs tegenzit. Voor gepensioneerden geldt precies andersom. De kosten van private equity, het beleggen in bedrijven buiten de beurs om, hebben verontwaardiging gewekt. Dat beleggen gaat via gespecialiseerde instituten, die zich ruim laten belonen. ABP moet over 2021 voor deze beleggingscategorie 2,8 miljard euro aan kosten reserveren.

Lagere rendementen

Dijkhuis: “Ik begrijp de verontwaardiging. Maar het levert ook veel op, vorig jaar een rendement van 44 procent. Tegenover die 2,8 miljard staan 14 miljard aan opbrengsten. Private equity kostte €1.100 per deelnemer, maar het leverde €4.500 euro op. En die kosten betalen we pas uit als de opbrengst er over vijf jaar nog staat. Als ABP, als sociaal-maatschappelijke financiële instelling, zijn we hier natuurlijk niet gelukkig mee. Dus willen we over die afspraken in gesprek. Maar we moeten het wel blijven zien in het totaal van het vermogensbeheer.”

Minder mooi

Hoe ziet de toekomst eruit? APG en PGGM, de uitvoerders van ABP en Zorg en Welzijn, waarschuwden vier jaar terug voor lagere rendementen in de toekomst. Vier procent zou de toekomst zijn. “Afgelopen jaren waren de beleggingsrendementen zeer goed, mede door de dalende rente. Lage rente zorgt voor hogere waarderingen van aandelen, vastgoed en obligaties, denk ook aan de huizenmarkt”, zegt Dominique Dijkhuis. Nu is er sprake van een omslag, zo is haar analyse. “Het effect van de lage rentes draait nu om. De rente stijgt als gevolg van hogere inflatie. De stijgende rente zorgt voor lagere waarderingen. De hogere inflatie zet bedrijfswinsten en koopkracht onder druk en voedt onzekerheid. Dit kan leiden tot lagere economische groei.” En dat komt de beleggingen niet ten goede. “In de periode dat de rente stijgt en de inflatie hoog is zullen de beleggingsrendementen waarschijnlijk minder mooi zijn dan we in de afgelopen jaren hebben gezien. Hierdoor zijn we minder optimistisch over de te verwachten beleggingsrendementen.”

Dominique Dijkhuis

Dominique Dijkhuis (50) is sinds 1 januari fulltime bestuurslid van ABP. Ze heeft ruime ervaring in de financiële wereld, zowel aan de beleggingskant (DNB, Bank of England F&C, nu BMO) als bij de toezichthouders (De Nederlandsche Bank, Autoriteit Financiële Markten). Verder was zij bestuurder bij de pensioenfondsen DNB en het metaalfonds PMT.

Rendementen door de jaren heen:

ABP belegt om een zo hoog mogelijk rendement te behalen tegen een aanvaardbaar risico. Over de afgelopen 20 jaar behaalde ABP een gemiddeld rendement van ongeveer 7% op jaarbasis. Weetje: Als pensioenfondsen de inleg de afgelopen 30 jaar op een spaarrekening hadden gezet, waren de pensioenen nu de helft lager geweest.