
18 december 2025
Ik weet niet of een afscheidscolumn nou de meest lezenswaardige is. Je ontkomt niet aan dankwoorden, complimenten en ridderlijk erken je een fout uit een grijs verleden, waardoor je nog menselijker overkomt.
Tja, en dit is een afscheidscolumn. Indertijd is afgesproken dat ik op 14 februari 2026 zou stoppen. Dat is mijn verjaardag en ik krijg van vrouwen vaak een compliment voor mijn geboortedatum: Valentijnsdag, de dag van de liefde en ik was dus een echte love baby.
Het is ook de dag waarop ik zeventig word. Dat leek mij vroeger best oud, maar nu ik vrolijke, scherpe en humorvolle mensen van in de tachtig tegen kom, begrijp ik dat ik een jonkie ben. Zeventig is het oude zestig, dus ik zou nog best tien jaar door kunnen werken.
De datum was ook goed gekozen omdat in 2026 de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel voltooid zou zijn, dus dan zat mijn werk erop.
Maar alles in de pensioenwereld gebeurt later dan gedacht, dus is de overgang nu in 2028 klaar. Althans, daar houdt het ministerie aan vast, want daar wil men de druk erop houden. Wel kan de minister de datum nu makkelijker naar achter schuiven als dat nodig is. Omdat ik er toch niet meer op kan worden afgerekend: ik voorspel dat dat gebeurt.
Mijn werk zit er dus eigenlijk nog niet op. Op 1 januari 2027 gaan grote fondsen als ABP, Detailhandel, PME en Vervoer over. We zijn nu halverwege. Het valt mij allemaal niet helemaal mee. Zoals ongeveer met alles in Nederland, willen we alles zo goed regelen dat de regels schier onbegrijpelijk zijn. Te meer daar ook de grote instituties als ministerie, pensioenfondsen en toezichthouders als DNB en AFM steeds weer zoeken hoe de regels geïnterpreteerd dienen te worden. “Wij doen het ook voor de eerste keer”, verklaarde een directeur van DNB. En ook voor de laatste keer trouwens.
Dan is het voor een beleidsadviseur van een ouderenorganisatie slechts met grote moeite te volgen wat er gebeurt. Een voorbeeld: ABP zegt voor 45 procent in zakelijke waarden, dus met wat risico, te moeten beleggen om een koopkrachtig pensioen te bereiken. Zorg en Welzijn heeft volgens eigen berekeningen 35 procent nodig. Ik kan er nog steeds niet achter komen hoe zo’n groot verschil mogelijk is. Zijn ze bij Zorg en Welzijn dan zoveel slimmer? Nou ja, dat fonds heeft een indexatie-achterstand van 32 procent en ABP 22 procent. Zijn ze bij Zorg en Welzijn dan helemaal mesjokke? Met de hand op het hart: neen.
Je kunt zeggen: hé Willem, maar als het allemaal niet zo duidelijk is, waarom was ANBO-PCOB dan voor de nieuwe pensioenwet? Nou ja, vóór, we waren na vijftien jaar zonder indexatie niet tegen en vonden samen met de partners van de Koepel dat er nog aan de wet gesleuteld moet worden om de hoofddoelstelling, uitzicht op een koopkrachtig pensioen, waar te maken.
Het vorige systeem leidde al tot die enorme achterstanden, waar zonder de overgangswet nog eens dik tien procent bij had kunnen komen door de inflatiegolf. De zekerheid van dat oude stelsel was de zekerheid dat het pensioen elk jaar minder waard werd.
Ik heb hier wel eens geschreven dat de overgangsregels eigenlijk nog het mooiste stelsel opleverden. Een directeur van twee pensioenfondsen zei tegen me: indexeren vanaf een dekkingsgraad van 110 en de opbouw aanpassen. Dat had iedereen begrepen en je had dat moeilijke invaren kunnen voorkomen.
De vorige oorlog, die over het Casinopensioen in 2011, kun je echter niet meer winnen. De politiek heeft gekozen. Daar nog één opmerking over: dat leek in de Tweede Kamer met een grote meerderheid, maar GroenLinks en PvdA hadden grote twijfels. Senna Matoug gaf onder stevige druk van de vakbonden het nieuwe stelsel ‘het voordeel van de twijfel’. Zo groot was het vertrouwen dus ook niet. Overigens, alle verantwoordelijke ministers en pensioenwoordvoerders in de Tweede Kamer zijn allang verdwenen.
Ik verdwijn nu ook. Dus kom ik aan mijn dankwoord. Allereerst aan u, dat u de moeite hebt genomen om mijn columns te lezen, de pensioendossiers te spellen en de pensioenwebinars te volgen. Daar deed ik het voor. En ik dank de deskundigen van de pensioenfondsen die te allen tijde mij de moeilijke systematiek uitlegden. In het bijzonder Dick Boeijen van PFZW en Steven Jongbloed van ABP. Agnes Joseph, voor haar werk in de Tweede Kamer. Zonder haar geen onderzoek naar koopkracht in het nieuwe stelsel.
Oh ja, ik moet nog een fout opbiechten. Excuses aan de mevrouw die mijn grapje over invaarbonus en bonusmoeder ongepast vond. Er gaat er wel eens één de mist in.
Opa gaat oppassen op de jongste generatie. Houdoe!
We kunnen ons goed voorstellen dat u vragen heeft over de nieuwe pensioenregeling bij uw pensioenfonds. Of dat u daarover wat extra uitleg wilt krijgen. Mogelijk bent u niet tevreden over uw nieuwe pensioen en wilt u daarom een klacht indienen, maar hoe werkt dat in het nieuwe stelsel? Bekijk alle veel gestelde vragen en antwoorden. Staat uw vraag er niet bij? Maak dan gebruik van de ANBO-PCOB de PensioenService.